Als jij een horecazaak runt, dan weet je dat een goede arbeidsovereenkomst onmisbaar is. Het is niet alleen een juridisch document, maar ook een manier om duidelijke afspraken te maken met het personeel. In een arbeidsovereenkomst horeca kun je immers de rechten en plichten van zowel werkgever als werknemer vastleggen.
In dit artikel geven we je een voorbeeld van een arbeidsovereenkomst in de horeca.
Een arbeidsovereenkomst horeca is een schriftelijk contract tussen een werkgever en een werknemer die actief zijn in de horeca. In dit document legt men de voorwaarden voor het werk vast, zoals werktijden, loon, verantwoordelijkheden en duur van het contract.
Op basis van de duur kunnen we de volgende soorten arbeidsovereenkomsten onderscheiden:
Wie in de horeca werkt, moet vaak flexibel en breed inzetbaar zijn. Een arbeidsovereenkomst is dan ook onmisbaar, aangezien het duidelijkheid schept over welke taken je als werknemer dient uit te voeren. Zo weet je precies wat er van jou wordt verwacht en wat daar tegenover staat.
De cao (collectieve arbeidsovereenkomst) horeca bevat algemene regels over arbeidsomstandigheden voor de volledige horecasector, zoals werktijden en beloning. Het is belangrijk dat jouw individuele contract aansluit bij de cao.
Verschillende organisaties spelen een rol bij de arbeidsovereenkomst horeca:
De arbeidsovereenkomst moet voldoen aan de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) en het Burgerlijk Wetboek. Zo zijn beide partijen verzekerd van een juridisch sterke positie.
Een arbeidsovereenkomst horeca is essentieel wanneer je in de horeca aan de slag gaat. Of je nu een vast contract wilt (voor onbepaalde tijd) of tijdelijk aan de slag gaat (voor bepaalde tijd), je hebt altijd een formele overeenkomst nodig.
Als werkgever is het jouw plicht om alle afspraken duidelijk vast te leggen. Dit geldt zowel voor tijdelijke werknemers als voor seizoenskrachten, al wijken de regels wat die laatste groep betreft ietwat af. Wanneer je als seizoenskracht aan de slag gaat bij een werkgever kan er een kortere tussenpoos van de ketenregeling zijn. Dit houdt in dat er speciale voorwaarden voor jou gelden.
Ook wie in de leer is, heeft een arbeidsovereenkomst horeca nodig. Deze moet specificeren wat je werkzaamheden zullen zijn en welke rechten je hebt.
Het maakt dus niet uit in welke functie je werkt, de horeca-cao is altijd toepasbaar. Van afwasser tot manager, iedereen heeft een arbeidsovereenkomst nodig. Zo weten zowel de werkgever als de werknemer precies wat er van elkaar verwacht wordt.
Een arbeidsovereenkomst horeca is essentieel voor een goede arbeidsrelatie tussen werkgever en werknemer. Hieronder lees je stap voor stap hoe je zo'n contract kunt opstellen.
Start met de basisgegevens, zoals de naam, adres en contactgegevens van zowel de werkgever als de werknemer. Vergeet niet om ook het KvK-nummer van de werkgever en het BSN van de werknemer te vermelden.
Vermeld de functie van de werknemer en de bijbehorende taken. Geef aan of het om een vast contract gaat. Indien er sprake is van een nulurencontract, dien je de afspraken duidelijk te verwoorden. Noteer de werktijden en pauzes, en vermeld hoe eventuele roosterwijzigingen worden afgehandeld.
Geef een overzicht van het salaris, inclusief vakantietoeslag en eventuele toeslagen voor overuren, feestdagen en nachtwerk. Vergeet niet de loonstroken en de eventuele loonsverhogingen te vermelden die gelden volgens de cao horeca.
Dit deel omvat de rechten en plichten van beide partijen. Vermeld hier de ketenregeling, de vergoedingen voor werkkleding en de eventuele reiskostenvergoeding. Omschrijf ook het gedragsprotocol, pauzes en de regeling voor beoordelingsgesprekken.
Stel een duidelijke regeling voor vakantiedagen en vakantietoeslag op. Vermeld ook de procedure voor het aanvragen van vrije dagen. Voor stagiairs en medewerkers is het belangrijk om te weten hoeveel vakantiedagen ze hebben en hoe feestdagen worden vergoed.
Leg de procedure uit voor de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, inclusief opzegtermijnen en de reden voor beëindiging. Vergeet de plichten bij beëindiging niet op te nemen, zoals het inleveren van bedrijfseigendommen.
In de horeca is een proeftijd niet verplicht, maar wel gebruikelijk. De proeftijd mag maximaal 2 maanden bedragen bij contracten van langer dan 6 maanden. Voor kortere contracten is een proeftijd meestal niet toegestaan. Tijdens de proeftijd kunnen beide partijen het contract direct beëindigen zonder opgaaf van redenen.
Je kunt een concurrentie- of relatiebeding opnemen, maar dat is niet altijd noodzakelijk. Met zo’n beding wil je voorkomen dat medewerkers na hun vertrek direct bij een concurrent gaan werken of dat ze klanten of personeel benaderen wanneer het dienstverband wordt beëindigd. Beide bedingen zijn vooral relevant voor hogere functies, waarbij vaak specifieke kennis over het bedrijf wordt gedeeld. Zorg dat het beding schriftelijk en duidelijk is vastgelegd, en dat het in verhouding staat tot de belangen van het bedrijf.
De opzegtermijn voor een oproepkracht in de horeca is vaak dezelfde als die voor reguliere werknemers: één maand. Als er hieromtrent echter geen specifieke afspraken zijn gemaakt, geldt een minimale termijn van vier dagen. Oproepkrachten hebben dezelfde rechten en plichten als andere werknemers wat betreft opzegging , tenzij anders werd afgesproken in de arbeidsovereenkomst.
Een seizoenskracht werkt alleen gedurende het seizoen waarin de werkzaamheden pieken, zoals de zomer of winter. Een seizoenskracht klimaat en natuur is specifiek gebonden aan seizoenen die het gevolg zijn van natuurlijke omstandigheden, bijvoorbeeld in een strandtent of skiresort. De regels en contractvoorwaarden kunnen verschillen, afhankelijk van de seizoensgebondenheid van het werk.
Een invalkracht-nuluren kan ingezet worden bij onregelmatige werkzaamheden of piekmomenten in de bedrijfsvoering. Deze medewerkers hebben geen vaste uren en komen op oproepbasis werken wanneer er extra handen nodig zijn. Het is belangrijk dat de regeling vooraf duidelijk wordt afgesproken in de arbeidsovereenkomst, inclusief de maximale duur en frequentie van oproep.